Prinsjesdag 2023: zeven belangrijke aandachtspunten voor Directeur- Grootaandeelhouders (DGA)

Op Prinsjesdag 2023 presenteerde het demissionair kabinet het Belastingplan 2024. Een aantal maatregelen was al eerder aangekondigd en is nu in de wetsvoorstellen opgenomen. Wat betekent dit voor Directeur-Grootaandeelhouders (DGA’s)? In deze blog zetten wij zeven belangrijke aandachtspunten op een rij.

1. Tarief vennootschapsbelasting (Vpb)

De schijven en de tarieven in de Vpb blijven hetzelfde.

Schijven

Tarieven Vpb

Winst van € 0 - € 200.000

19%

Winst boven € 200.000

25,8%

2. Aanmerkelijkbelangheffing (box 2)

Het box 2-tarief verandert met ingang van 2024. Voor de eerste € 67.000 van het box 2-inkomen daalt het tarief van 26,9% naar 24,5%. Voor het meerdere boven € 67.000 stijgt het tarief naar 31%. De grens van € 67.000 geldt per belastingplichtige. Fiscale partners kunnen dus allebei de drempel van € 67.000 benutten. Dat scheelt € 4.355 aan belasting (€ 8.710 bij fiscale partners), maar kan wel nadelig zijn voor overige inkomensafhankelijke regelingen, zoals heffingskortingen en toeslagen.

3. Box 3-vermogen overbrengen naar uw BV?

Heeft u vermogen in box 3 in de categorie ‘overige bezittingen’ met een relatief lage rendementsverwachting? Dan kan het interessant zijn om dat vermogen onder te brengen in een BV. Als we voor 2024 uitgaan van een fictief rendement op overige bezittingen van 6,04% en een box 3-tarief van 34% dan leidt dit effectief tot een heffing van 2,05% over de waarde van uw overige bezittingen op 1 januari 2024. Als we de box 3-heffing vergelijken met de heffing van Vpb en box 2 voor de BV dan gelden de onderstaande omslagrendementen. Is het rendement hoger dan in de onderstaande tabel, dan is box 3 aantrekkelijker.

Gecombineerd tarief Vpb/box 2

Omslagrendement

Vpb 19%, box 2 24,5%, combi 38,85%

5,29%

Vpb 19%, box 2 31%, combi 44,11%

4,66%

Vpb 25,8%, box 2 24,5%, combi 43,98%

4,67%

Vpb 25,8%, box 2 31%, combi 48,80%

4,21%


Overweegt u vermogen van box 3 over te brengen naar een BV? Laat u dan goed adviseren door uw fiscalist. Daarbij moet u er rekening mee houden dat het de bedoeling is om vanaf 2027 ook in box 3 belasting te heffen over het werkelijk gerealiseerd rendement in plaats van een fictief rendement (zie onze blog ‘Zo ziet box 3 er in 2027 uit: de hoofdlijnen’).

4. Winstreserves in de BV uitkeren naar privé?

In 2024 gaat de box 2-heffing boven € 67.000 (fiscale partners € 134.000) aanzienlijk stijgen. Het kan dan een overweging zijn om in 2023 een grote dividenduitkering te doen. Hiermee voorkomt u dat uw box 2-claim van 26,9% naar 31% stijgt. Overweegt u winstreserves uit de BV uit te keren naar privé? Laat u dan goed adviseren door uw fiscalist.

Als u in 2023 een grote dividenduitkering doet en dat bedrag uitkeert naar privé, dan komt dit vermogen in box 3. Op de peildatum van 1 januari 2024 heeft u dan te maken met de box 3-heffing. Om dit te voorkomen, kan de BV de dividenduitkering schuldig blijven en pas na 1 januari 2024 aan u uitkeren. Of dit aantrekkelijk is hangt af van uw persoonlijke situatie. Bespreek dit daarom met uw fiscalist.

5. Bedrijfsopvolgingsregelingen

De bedrijfsopvolgingsregelingen voor de schenk- en erfbelasting (BOR) en de IB-doorschuifregeling (DSR) worden allebei aangepast.

Het kabinet stelt voor om bij bedrijfsoverdracht de BOR en DSR niet langer te laten gelden voor:

  • onroerende zaken die aan derden verhuurd worden. Zoals bedrijfspanden, woningen en akkers. Het kabinet wil deze aanpassing laten ingaan op 1 januari 2024;
  • al het beleggingsvermogen van een BV (nu geldt er een vrijstelling tot 5% van het ondernemingsvermogen). Het kabinet stelt voor om deze wijziging voor de BOR in te laten gaan op 1 januari 2025, en voor de DSR op een later moment;
  • bedrijfsmiddelen met een waarde van meer dan € 100.000 die ook privé worden gebruikt. Denk aan dure auto’s, vliegtuigen en boten. De regeling geldt dan niet meer voor het deel dat deze middelen privé worden gebruikt. Het kabinet wil deze aanpassing laten ingaan op 1 januari 2025.

Verdere voorgestelde wijzigingen voor BOR en DSR zijn:

  • met ingang van 2025 worden het vrijstellingsbedrag en het vrijstellingspercentage aangepast. Het vrijstellingsbedrag voor de BOR wordt verhoogd naar € 1,5 miljoen (nu € 1,2 miljoen) en het vrijstellingspercentage voor het meerdere wordt verlaagd naar 70% (nu 83%);
  • er komt vanaf 2025 een minimumleeftijdsgrens van 21 jaar voor gebruik van de BOR en DSR als de onderneming wordt geschonken. De leeftijdsgrens van 21 jaar geldt niet bij vererving van de onderneming. De eis dat de opvolger al 36 maanden in dienst moet zijn voor de toepassing van de DSR bij schenking vervalt per 2025;
  • de BOR en de DSR gaan vanaf 2026 alleen nog maar gelden voor reguliere aandelen met een minimaal belang van 5% en voor bepaalde preferente aandelen;
  • voor 2026 staan daarnaast versoepelingen in de bezits- en voortzettingseisen en de aanpak van constructies gepland. Daarvoor moet nog wetgeving worden gemaakt.

Wilt u (aandelen in) uw actieve onderneming schenken? Dan kan het interessant zijn om dit nog in 2023 of 2024 te doen.

6. Aanpassingen Open Fonds voor Gemene Rekening (OFGR) en Open Commanditaire Vennootschap (Open CV)

Zoals al eerder aangekondigd worden met ingang van 2025 de OFGR voor familiefondsen en alle Open CV’s fiscaal transparant. Ze zijn dan niet meer belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. De bezittingen en schulden van de OFGR en de Open CV worden vanaf 1 januari 2025 toegerekend aan de participanten/vennoten en daar belast. In veel gevallen houdt dit in dat die dan in box 3 belast worden.

Gedurende 2024 kunnen deze OFGR-en en Open CV’s gebruikmaken van overgangsrecht om fiscale afrekening voor de Vpb en inkomstenbelasting te voorkomen. De participanten/vennoten kunnen onder voorwaarden in 2024 hun participatie inbrengen in een BV/NV, zonder heffing van vennootschapsbelasting, inkomstenbelasting en overdrachtsbelasting. Maar het overgangsrecht voor de overdrachtsbelasting is beperkt tot OFGR-en of Open-CV’s die al bestonden op 19 september 2023, 15.15 uur. Het opzetten van een nieuwe OFGR of Open-CV om bestaand vastgoed van box 3 naar box 2 te brengen met beperkte heffing van overdrachtsbelasting wordt hiermee voorkomen.

Als u gebruik maakt van het overgangsrecht kan dit mogelijk gevolgen hebben voor uw zichtbaarheid in het Handelsregister. Overleg dit met uw fiscalist.

7. Einde regime vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI) voor DGA

Een VBI is een beleggingsinstelling die vrijgesteld is van Vpb. Veel DGA’s maken gebruik van deze mogelijkheid (de familie-VBI). Daar komt met ingang van 2025 een einde aan, zodat deze entiteiten belastingplichtig worden voor de Vpb. Het VBI-regime is dan alleen nog maar van toepassing voor beleggingsinstellingen die onder overheidstoezicht staan. Er is geen respecterende werking voor al bestaande familie-VBI’s.

Als de Eerste en Tweede Kamer akkoord gaan, treedt het Belastingplan 2024 per 1 januari 2024 in werking. Wilt u weten wat de wijzigingen in het belastingplan voor u persoonlijk betekenen? Neemt u dan u contact op met uw fiscalist.

 

Geschreven naar de stand van zaken op 20 september 2023.

Bent u particulier? Lees dan onze blog ‘Prinsjesdag 2023: vijf belangrijke aandachtspunten voor  particulieren’.

Dit artikel bevat alleen algemene informatie en geen persoonlijk advies. Wilt u persoonlijk advies, overleg dan met uw fiscaal adviseur of uw notaris wat de beste keuze voor u is.

3.147.61.122