Wat gebeurt er met uw pensioen?

In 2019 werd het Pensioenakkoord gesloten, waarin is bepaald dat ons stelsel gaat veranderen. Zo moet de nieuwe regeling onder meer de kans op korten van pensioenuitkeringen kleiner maken. Maar hoe staat het er inmiddels voor met het nieuwe pensioenstelsel? Wat zijn de gevolgen voor u en hoe kunt u zich het beste voorbereiden?
Wist u dat jongens geboren in 2022 naar verwachting bijna 90 jaar oud worden en meisjes zelfs 92 jaar oud? De huidige generatie zestigplussers heeft al een levensverwachting van ruim boven de 85 jaar*. Dat betekent dat ons pensioenpotje steeds langer mee moet. Om deze ontwikkelingen bij te kunnen houden en om mee te kunnen bewegen met schommelingen in de economie, is er een nieuw pensioenstelsel ontworpen.
Wat eerst het Pensioenakkoord was, is nu uitgewerkt tot een wetsvoorstel: de Pensioenwet. In maart 2022 ging deze wet naar de Tweede Kamer, met de verwachting dat na goedkeuring door hen en vervolgens door de Eerste Kamer, de wet vanaf 1 januari 2023 in werking treedt. Vanaf die datum begint dan de transitieperiode naar het nieuwe pensioenstelsel: een overgangsperiode die in 2027 afgerond zou moeten zijn. Maar onlangs werd bekend dat er sowieso een halfjaar uitstel komt. Dat is, gezien de overgangsperiode van vier jaar, niet direct een probleem, maar deskundigen hopen wel dat het hierbij blijft.
Er wordt al hard gewerkt
Pensioenfondsen zijn namelijk op de achtergrond al druk bezig om de overstap naar het nieuwe stelsel in goede banen te leiden. Zij maken afspraken met hun uitvoeringsorganisaties, werken aan hun IT-systemen en beslissen met de sociale partners of ze straks kiezen voor een solidaire of een flexibele premieregeling. Ook moeten ze meer inzicht geven in hun beleggingskeuzes. Pensioenfondsen krijgen tot 2027 de tijd om de nieuwe regeling in te zetten. Hoe dat er voor u precies uitziet, hoort u te zijner tijd van het pensioenfonds waar u bij bent aangesloten.
Kon een werknemer bij pensionering in een ver verleden nog rekenen op 70% van het laatstverdiende loon, is dat inmiddels niet meer haalbaar. In het nieuwe stelsel zeggen pensioenfondsen helemaal geen vast pensioen meer toe, maar betaalt u als deelnemer een vaste premie. Een deel van het beleggingsrisico verschuift – vooral in de flexibele regeling - naar de deelnemer. Nu wordt pensioengeld ook belegd, maar zijn de gevolgen daarvan minder zichtbaar voor de deelnemers.
De relatie tussen hoeveel u inlegt (van het salaris) en de pensioenuitkering wordt straks duidelijker. Bij een opgaande economie kan de uitkering verhoogd worden, maar als het minder gaat, kan er ook gekort worden. Er zijn regels afgesproken om te voorkomen dat dit een soort achtbaan wordt. Carola Schouten, als minister verantwoordelijk voor Pensioen, heeft verklaard dat de sterke punten van het oude stelsel blijven. Denk hierbij aan AOW voor iedere burger, pensioen zo lang u leeft en het partnerpensioen.
Wat is er anders in het vernieuwde pensioenstelsel?
- Iedereen gaat pensioen opbouwen via een premieregeling. De pensioenpremie staat centraal en is voor alle leeftijden gelijk (vlak premiepercentage).
- Er wordt niet langer een belofte over de hoogte van de uitkering gedaan. Wel worden er afspraken gemaakt over de hoogte van de premie. Bij de solidaire premieregeling is er wel een gezamenlijk afgesproken pensioendoelstelling.
- De pensioenuitvoerder belegt de pensioenpremie, houdt rekening met de verschillende risico’s en houdt voor deelnemers het persoonlijke pensioenvermogen bij.
- Jongeren hebben de tijd om tegenvallers in de beleggingen op te vangen. Bij ouderen is dit minder het geval. Daarom wordt de beweeglijkheid van de verwachte uitkering minder groot als de pensioendatum nadert.
Wat als de Kamer akkoord is?
Als de Tweede Kamer en de Eerste Kamer akkoord zijn, gaan werkgevers en werknemers afspraken maken. Zij kiezen samen de toekomstige pensioenregeling (solidair of flexibel), beslissen hoe de overgang naar het nieuwe pensioen verloopt en hoe eventuele compensatie voor bepaalde leeftijdsgroepen eruitziet.
In transitie: 2023 - 2027
De overgang naar het nieuwe stelsel vraagt veel rekenwerk. Het bestaande collectieve pensioenvermogen moet evenwichtig verdeeld worden onder de deelnemers, er moeten IT-systemen aangepast worden en het beleggingsbeleid moet straks passen bij de risicohouding per leeftijdscohort. Zo kan er bij jongeren meer beleggingsrisico worden genomen dan bij ouderen, die al sneller met pensioen gaan.
In de Wet Toekomst Pensioenen is ‘invaren’ de standaard. Dat houdt in dat huidige pensioenrechten via een afgesproken rekenmethode worden omgezet naar het nieuwe stelsel. Maar pensioenfondsen kunnen ook besluiten om het fonds op te heffen en de pensioenrechten elders onder te brengen, ofwel het fonds te ‘liquideren’.
Volgens de Nederlandsche bank heeft meer dan de helft van de pensioenfondsen nog geen concrete verwachting voor het jaar van invaren. Voor de fondsen die dat al wel hebben, is het redelijk gespreid over de jaren 2024-2026. Geen enkel fonds verwacht in 2023 in te varen, dit heeft ook te maken met de behandeling van de wet die langer duurt dan verwacht.
Wat u nu al kunt doen?
Als deelnemer aan een verplichte pensioenregeling is het vooral afwachten. Als uw pensioenfonds kiest voor een flexibele regeling, gaat u uiteindelijk een risicoprofiel kiezen. Hiermee geeft u aan hoeveel beleggingsrisico u bereid bent te lopen met uw pensioengeld.
Bent u eigen baas of werkt u ergens zonder pensioenregeling? Dan ontstaat er straks meer ruimte voor premieaftrek voor een lijfrente bij een bank of verzekeraar. Momenteel is die jaarruimte 13,3% van het inkomen, met een maximum van ongeveer € 13.500. Dat percentage wordt gelijkgetrokken met de pensioenregeling en gaat naar 30% met een maximum van ongeveer € 30.000. De zogenoemde inhaalruimte (niet-gebruikte premieaftrek over het verleden) wordt ook fors opgetrokken naar € 38.000, en is niet meer afhankelijk van het inkomen.**
Gezien de hoge levensverwachting en het feit dat pensioenen meer gaan meebewegen met de economie, is het verstandig om op tijd na te denken over hoe uw pensioenplaatje eruit ziet. Wat is uw langetermijn doel? Heef u specifieke wensen of dromen voor als u stopt met werken? Het kan verstandig zijn om een eigen aanvullend pensioen te regelen.
Bij Evi nemen we de mogelijkheden graag met u door. U kunt een introductiepakket aanvragen op de website. Heeft u naar aanleiding daarvan nog vragen? Dan helpen we u graag.
*Bron: Koninklijk Actuarieel Genootschap, de Prognosetafel AG2022
**Bron https://www.vanlanschot.nl/inspiratie/vermogensregie/2022/nieuw-pensioenstelsel-wat-verandert-er