Wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3 is bekend

In maart stuurde het kabinet het wetsvoorstel voor de tegenbewijsregeling box 3 naar de Tweede Kamer. Dit voorstel moet ervoor zorgen dat de belastingheffing in box 3 aansluit bij de eerdere uitspraken van de Hoge Raad. In het wetsvoorstel staat hoe de tegenbewijsregeling moet gaan werken.

In het kort:

De Tweede en Eerste Kamer gaan het wetsvoorstel over de tegenbewijsregeling voor box 3 nog voor de zomer van 2025 behandelen. Evi geeft antwoord op deze vijf belangrijke vragen:


1. Waarom is er ook alweer een tegenbewijsregeling in box 3?

De Hoge Raad oordeelde in 2024 dat de manier van belastingheffing in box 3 in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De box 3-belasting wordt nu berekend op basis van fictieve rendementen. De Hoge Raad heeft kritiek op de belastingheffing waarbij het fictieve rendement hoger is dan het werkelijk behaalde rendement. Als dat het geval is, dan heb je volgens de Hoge Raad recht op rechtsherstel. Je moet als belastingbetaler wel zelf aantonen dat je werkelijk rendement lager is. Dit heet de tegenbewijsregeling. In het nieuwe voorstel van het kabinet staat hoe deze tegenbewijsregeling gaat werken. De Tweede en Eerste Kamer behandelen dit voorstel nog voor de zomer van 2025.

2. Wat staat er in het wetsvoorstel over de tegenbewijsregeling?

In het wetsvoorstel zijn de regels opgenomen die de Hoge Raad opstelde over hoe het werkelijk rendement berekend moet worden. Waar nodig zijn deze verder uitgewerkt. Dit zijn de regels waar het over gaat:

  • Het werkelijk rendement wordt bepaald op basis van je totale vermogen in box 3. Dus niet per onderdeel van dat vermogen. Dit is dus inclusief banktegoeden en zónder aftrek van het heffingsvrij vermogen. Het gaat niet alleen om je vermogen op 1 januari, maar ook om het vermogen dat je in de loop van het jaar hebt gehad.
  • Zowel de directe opbrengsten als de vermogensgroei (of -afname) tellen mee. Het maakt daarbij niet uit of de waardeveranderingen al zijn gerealiseerd.
  • Er wordt rekening gehouden met het nominale rendement, dus zonder rekening te houden met inflatie.
  • Aftrek van kosten is niet mogelijk. Alleen de rente op je box 3-schulden is aftrekbaar.
  • Rendementen uit andere jaren mag je niet verrekenen.
Wat valt er onder directe opbrengsten?
Met directe opbrengsten worden onder meer de ontvangen rente, huurinkomsten en dividenduitkeringen bedoeld. Deze opbrengsten tellen bijna altijd mee in het jaar waarin je ze ontvangt.

Hoe bereken ik de groei (of afname) van mijn vermogen?

Bekijk hieronder een voorbeeldberekening. Hierbij gaan we uit van een vermogen van €100.000 op 1 januari en een vermogen van € 125.000 op 31 december van datzelfde jaar. Je deed elke maand een storting van €1.000 en deed eenmalig een onttrekking van €5.000.

Totaal van bezittingen en schulden aan het eind van het jaar

Totaal van bezittingen en schulden aan het begin van het jaar

Stortingen die je in het jaar deed

Onttrekkingen die je in het jaar deed

€ 125.000

€ 100.000 -

€ 12.000 -

€ 5.000 +

Vermogensgroei

€ 18.000

Hoe de tegenbewijsregeling precies werkt voor vastgoed, obligaties en aandelenbeleggingen, leggen we de komende tijd verder uit.

3. Wie kan de tegenbewijsregeling gebruiken?

Het wetsvoorstel voor de tegenbewijsregeling in box 3 heeft een terugwerkende kracht. De regeling geldt dus ook voor eerdere jaren. Of je de tegenbewijsregeling kunt gebruiken, hangt af van het belastingjaar waar het over gaat:

Belastingjaar Voor wie?
2021 en later Iedereen met een box 3-inkomen kan de tegenbewijsregeling gebruiken.
2017 tot en met 2020

Stond een definitieve aanslag (met box 3-inkomen) op 24 december 2021 nog niet onherroepelijk vast, of is deze later opgelegd? Én maakte je op tijd bezwaar of deed je op tijd een verzoek tot automatische verlaging van je aanslag? Dan kun je de tegenbewijsregeling gebruiken. Dit is bijvoorbeeld zo als je meedeed aan het massaal bezwaar.

Of ook de mensen die geen bezwaar maakten de tegenbewijsregeling mogen gebruiken, is nog niet duidelijk. Hiervoor is een procedure opgestart, die nog loopt. Het kan enkele jaren duren voordat hier duidelijkheid over is.

De tegenbewijsregeling geldt ook de komende jaren, tot er een nieuw box 3-stelsel is. De aangifte inkomstenbelasting voor 2024 doe je nog wel op basis van fictieve rendementen. Het is niet mogelijk om in die aangifte al te kiezen voor het werkelijk rendement. Vanaf 2025 is de tegenbewijsregeling wel onderdeel van de belastingaangifte.

4. Is de tegenbewijsregeling voor mij van toepassing?

Je werkelijk rendement in een belastingjaar speelt hierbij een belangrijke rol. Zo was 2022 een jaar met negatieve rendementen. Daardoor is de kans groter dat de tegenbewijsregeling voor dat jaar interessant is.

Of de tegenbewijsregeling voor jou van toepassing is, hangt dus af van jouw persoonlijke situatie. Vaak zal dat niet zo zijn, omdat het werkelijk rendement meestal hoger is dan het fictieve rendement. Dat komt doordat je bij het werkelijk rendement geen rekening mag houden met het heffingsvrij vermogen. Elke euro wordt daardoor belast. Ook mag je kosten niet aftrekken.

Bovendien moet je rekenen met het werkelijk rendement op je totale vermogen, in plaats van per aparte bezitting. Daardoor kan bijvoorbeeld een waardedaling van je beleggingen worden gecompenseerd met een waardestijging van je vastgoed.

5. Hoe gaat het nu verder en wat moet ik doen?

De volgende stap is dat de Tweede en Eerste Kamer het wetsvoorstel moeten goedkeuren. Zij behandelen het voorstel voor de zomer van 2025. Tot die tijd hoef je geen werkelijk rendement door te geven. Zodra dat mogelijk is, stuurt de Belastingdienst je hierover een brief. Waarschijnlijk kan dit vanaf de zomer van 2025.

Deze tekst is geschreven naar de stand van zaken op 8 april 2025.

Disclaimer

Dit artikel bevat alleen algemene informatie en geen persoonlijk advies. Wil je persoonlijk advies? Overleg dan met je fiscaal adviseur over de mogelijkheden.

Gerelateerd

3.17.68.195