Uitsluiting: hoe zwaar wegen je principes?

Evi uitsluiten duurzaam beleggen

Als je niet wilt dat je (pensioen)geld gebruikt wordt om wapenhandel, de tabaksindustrie of gokken te financieren, kan je als belegger kiezen om niet te investeren in deze bedrijven. Ofwel: je houdt de deur dicht voor beursgenoteerde bedrijven die hun geld verdienen in sectoren die jij onwenselijk vindt. Uitsluiten, noemen we dat.

Waar trek je de grens?

In de praktijk blijkt uitsluiten lang niet altijd zo eenvoudig als het misschien klinkt. Want wat doe je bijvoorbeeld met hotels? Een nachtje slapen klinkt onschuldig, maar de grote ketens verdienen veel geld met de verkoop van tabak en alcohol, distribueren porno via pay per view in de kamers en hebben vaak gokmachines in de lobby. Waar trek je jouw grens en wie bewaakt die?

Uit principe of risico mijden?

Uitsluiting klinkt niet heel vriendelijk en in de grond is het dat ook niet. Uitsluiten bij beleggen betekent dat er uit principe niet wordt belegd in bepaalde sectoren of bedrijven. Vaak zijn dit controversiële of verslavende producten als tabak, alcohol, pornografie en wapens. Maar het kan ook verder gaan en zaken als fossiele brandstoffen omvatten.

Vaak wordt uitsluiting tegenover engagement gezet, ofwel het in gesprek gaan met ondernemingen over hun beleid. Maar de twee methodes liggen eerder in elkaars verlengde: engagement kan leiden tot uitsluiting als er langdurig geen verbetering optreedt. Redenen voor uitsluiting kunnen verschillen. Het gaat meestal om een of meerdere van deze drie:

  1. Uit principe – denk aan bedrijven die clusterbommen maken of chemische wapens, ontworpen om op mensen te gebruiken.
  2. Economisch risico – bedrijven met activiteiten die in de toekomst verdwijnen, zoals olie- en gas uiteindelijk worden vervangen door alternatieven in de energietransitie. 
  3. Reputatierisico – bedrijven kunnen minder waard worden als ze niet duurzaam investeren doordat ze door hun activiteiten slechte publiciteit krijgen.

Uitsluiten is niet zwart/wit

Uitsluiting klinkt eenvoudig, maar is dat in de praktijk niet. Want wat doe je met een bedrijf wat maar tien procent van zijn omzet haalt uit controversiële zaken? Daarom is het van belang om als belegger, groot of klein, een beleggingsfilosofie te hebben. Daarmee onderscheiden deze partijen zich ook van elkaar. Bij de een gaat deze filosofie namelijk verder dan bij de ander. Dit zie je vooral terug in het uitsluitingsbeleid en hoe intensief er bijvoorbeeld aan engagement wordt gedaan.

Internationale regels

Omdat uitsluiting niet willekeurig of subjectief mag zijn, hanteren beleggers vaak internationale richtlijnen bij het opstellen van hun beleid. De eerste stop is vaak de lijst van bedrijven die zijn aangesloten bij UN Global Compact. Dit initiatief van de Verenigde Naties is erop gericht om bedrijven: 

  1. Verantwoord te laten ondernemen door hun strategie en productie te laten aansluiten bij Tien Principes op het gebied van mensenrechten, arbeid, milieu en anti-corruptie; en
  2. Hun langetermijnstrategie te richten op brede maatschappelijke doelen, zoals de UN Sustainable Development Goals, met de nadruk op samenwerking en innovatie.

Bedrijven die deze overeenkomst schenden, zijn zogeheten ‘Global Compact Violators’. Een categorie die door veel beleggers standaard wordt uitgesloten. Uitgebreid alle bedrijven onderzoeken waar je in belegt, is veel werk. Gelukkig zijn er bedrijven als Sustainalytics die beursgenoteerde bedrijven langs de meetlat leggen op diverse onderdelen. Zo wordt het voor vermogensbeheerders eenvoudiger om te bepalen welke bedrijven duurzaam ondernemen en wie niet, of veel minder.

Een ander alternatief is een duurzame index. Dat is een lijst die uitsluitend bestaat uit bedrijven die door een screening zijn gekomen. De bekendste zijn de Domini 400 social index in de Verenigde Staten en in Europa de Dow Jones Sustainability Indexes en FTSE4Good.

Nadelen van uitsluiten 

Je zou denken dat het uitsluiten van bedrijven vooral voordelen biedt: je weet zeker dat jouw geld niet wordt gebruikt voor zaken waar je niet achter staat en dat is dat. Maar er zijn ook nadelige effecten. Hoe meer bedrijven je uitsluit, hoe kleiner je universum wordt. Ofwel: de totale groep bedrijven waar je in belegt. En dat is weer nadelig voor je risicospreiding. Je wilt liever niet afhankelijk zijn van een (te) klein groepje bedrijven, hoe goed hun intenties ook zijn. En het is ook de bedoeling om bedrijven die het nu nog niet goed doen maar zich wel graag willen verbeteren, te steunen. Daarom werkt engagement op de lange termijn soms beter dan uitsluiten.

Hoe doet Evi het?

De Evi Fondsen beleggen verantwoord en duurzaam. Dat betekent dat de fondsbeheerder de bedrijven waarin belegd wordt, beoordeelt op basis van financiële en niet financiële criteria en daarnaast een engagemenaanpak hanteert. Als een dialoog met het bedrijf geen resultaat oplevert, behoort uitsluiting van het bedrijf tot de mogelijkheden. Nu, begin 2020, heeft ongeveer tweederde van de fondsen waar we via de Evi Fondsen in beleggen een zogeheten BBB-score of hoger. Maar hier stoppen Evi’s beleggingsambities niet. We zijn elke dag bezig om al onze beleggingen op het zogeheten ‘sustainable+’-niveau te krijgen.

Evi's route naar de toekomst

Eigenlijk gaat duurzaam beleggen over hoe we denken dat de toekomst eruit gaat zien. Waar is op termijn het beste rendement te behalen? En wat is het beste rendement? Het hoogste, het meest duurzame of een combinatie van beide? In deze serie verkennen we Evi’s route naar de toekomst. We nemen je mee en vertellen iedere maand hoe onze beleggingsexperts continu verder bouwen aan de verduurzaming van de Evi-portefeuilles. Jouw mening telt, dus laat het ons weten als er zaken zijn waar je graag meer over wilt weten.
3.214.184.223